Kavelweg

Dit is een voorbeeld van een dwarsdoorsnede van een kavelweg. In Oosterwold groeit in de loop van de tijd een netwerk van kavelwegen. Als initiatiefnemer leg je tenminste aan één kant van je kavel een weg aan waar anderen op kunnen aansluiten. Voor de andere randen van het kavel geldt het ‘recht van overpad’. Ze zijn openbaar toegankelijk voor fietsers en voetgangers en worden vrijgehouden voor een mogelijke toekomstige nieuwe kavelweg.

Let op: als de kavelweg langs een sloot ligt dien je 1 meter extra afstand in de berm op te nemen. De berm tussen de kavelweg en de sloot wordt dan 2,50 meter.

 

Meer informatie:

Maak je kavel bereikbaar

Na het ondertekenen van de anterieure overeenkomst werk je toe naar het indienen van de aanvraag omgevingsvergunning. Gebruik deze periode om te bedenken hoe je jouw kavel bereikbaar gaat maken. Dat moet in orde zijn voor de ondertekening de koopovereenkomst. De kavelweg moet al in eigendom zijn van de kavelwegvereniging of de voorliggende kavels dienen al geheel te zijn verkocht aan de desbetreffende initiatiefnemers. Dan pas mag de eigendomsoverdracht van jouw kavel plaatsvinden. Het gaat hierbij om twee zijden van de kavelweg; de helft van een kavelweg is niet voldoende.

 

Aansluiting geven op achterliggende kavels

Kavelwegen ontstaan terwijl de kavels ontwikkeld worden. Je bent verplicht om mee te werken als een (toekomstige) buur een verbinding nodig heeft naar zijn eigen initiatief. Dat kan in de praktijk ook betekenen dat je langs meer dan 1 zijde van je kavel te maken krijgt met een kavelweg.

Eerst bouwweg, dan kavelweg

Ondergrond leveren

De definitieve kavelweg zelf leg je meestal pas aan als er geen zwaar bouwverkeer meer overheen hoeft te gaan. Tot dat moment is meestal sprake van een tijdelijke bouwweg. Je kunt er als vereniging voor kiezen om samen de ondergrond aan te kopen. Dan kun je direct een groter stuk bouwweg aan laten leggen en samen afspraken maken met de nutsbedrijven voor de levering van drinkwater, elektra en glasvezel.

Aansluiting polderweg

Wanneer initiatiefnemers starten met de aanleg van de kavelweg zorgt het gebiedsteam Oosterwold voor de aansluiting op de bestaande polderweg. De gemeente verzorgt de aanleg van de inritten van de kavelwegen als deze op gemeente- of rijksgrond liggen. Gebruik hiervoor het aanvraagformulier Kavelwegaansluiting Oosterwold. De inrit wordt door het gebiedsteam betaald uit de exploitatiebijdragen Oosterwold.

Meer informatie:

Prijsverschil verrekenen

De aankoop van de ondergrond van een kavelweg (inclusief bermen/nutsstrook) kan tot en met de locatie van de kavels waarvoor een Anterieure Overeenkomst is getekend. Je betaalt daarvoor de landbouwkavelprijs. Het verschil in prijs met de standaardkavel wonen reken je later af bij de verkoop van de aangrenzende percelen.

In eigendom houden of doorleveren

Als kavelwegvereniging besluit je of de kavelweg in eigendom blijft van de vereniging of dat de ondergrond doorgeleverd wordt aan de aangrenzende initiatieven.

Wegconstructie en materialen

De wegconstructie bestaat uit een onderlaag van zand, circa 0,50 meter dik. Een bovenlaag van gebroken puin, circa 0,25 meter dik. En een wegverharding, die bestaat uit gebakken klinkers, betonnen straatstenen of asfalt.

De kavelweg moet het hemelwater goed kunnen afvoeren naar de bermen en – indien aanwezig – de bermsloten. Als het water niet goed weg kan, verweekt het de wegconstructie. Daarmee treedt vervorming op, met schade aan de weg tot gevolg. Als dat bovendien in de winter gebeurt, kan het water in de constructie bevriezen en uitzetten en ontstaat vorstschade. Met goede afwatering kun je (onnodige) schade voorkomen en zorgen voor een langere levensduur van de weg. Bovendien scheelt het geld.

Materialen

Kleibak met zandbed

De bodem in Oosterwold bestaat uit veen en klei. De aannemer graaft een bepaalde diepte uit om plaats te maken voor de wegconstructie. De wegconstructie ligt opgesloten in een – even grof gezegd – kleibak.
De kleibak wordt voorzien van een waterdoorlatend doek (geotextiel). Het textiel kan, na het aanbrengen van het zand, voor een deel worden omgeslagen over het zand heen. Denk ook aan het aanbrengen van wegdrainage aan de onderkant van het zand en op het doek. Dan stort de aannemer circa 0,5 meter zand in de kleibak op het textiel. De aannemer moet het zand tijdens en na het aanbrengen goed verdichten met een trilwals of trilplaat.

Puinbed

Vervolgens brengt de aannemer een laag van circa 0,25 meter puingranulaat aan. Dat kan bestaan uit zogenaamd menggranulaat, een mengsel van gebakken materiaal en betonpuin, of uit betongranulaat. Betongranulaat is kwalitatief beter omdat dat een plaat vormt door de bindende werking van het betongranulaat.

Verharding

De wegverharding bestaat uit gebakken klinkers, betonnen straatstenen of asfalt. Bij klinkers en betonstraatstenen brengt de aannemer over het puin een dunne zogenaamde straatlaag van straatzand aan. Hierin kunnen de stenen worden aangebracht. Voordeel van klinkers en betonstraatstenen is dat eventuele vervormingen eenvoudig kunnen worden hersteld.

  • Gebakken klinkers: geeft een mooi straatbeeld en wordt op termijn alleen maar mooier. Pas aanbrengen als er echt geen bouwverkeer meer over de weg rijdt want de stenen zijn breekbaar.
  • Betonnen straatstenen: zijn wat sterker. Ze kunnen in grijs of met een kleurstof in de gewenste kleur worden geleverd. Let op de kleurechtheid.
  • Asfalt: kan direct op de puinbaan worden aangebracht. Het ingenieursbureau of de uitvoerend aannemer kan de juiste asfalt mengsels voor jullie uitrekenen. Deze wegverharding is het sterkst en behoeft bij normaal gebruik het minste onderhoud. Als je onderhoud moet toepassen dan is het wel meteen kostbaar.

Reserveren van middelen

Het is van belang om vanaf het begin al een spaarpotje op te bouwen voor eventuele kosten aan de weg, het op termijn vervangen van de verhardingsconstructie en het herstel van de funderingsconstructie. Hiermee zijn relatief hoge bedragen gemoeid. Reservering van middelen voorkomt grote bijdragen voor initiatiefnemers als het zover is.

Maatvoering en technische eisen

Eisen aan de weg

De kavelweg moet altijd voldoen aan de eisen van nood- en hulpdiensten, Stadsreiniging, bouwbesluit en aan de eisen van een 30 km/uur weg. Zie maatvoering en technische eisen

Maten en eigendom

Het profiel van de weg bestaat uit 5,5 meter verharding en aan beide zijden berm. Iedere initiatiefnemer is eigenaar van de helft van het profiel. De hartlijn ligt op de kavelgrens. Aan één zijde is een meter extra bermbreedte nodig als werk- en beheerstrook voor de nutsbedrijven (zakelijk recht). Als de kavelweg langs een sloot ligt dien je 1 meter extra afstand in de berm op te nemen. De berm tussen de kavelweg en de sloot wordt dan 2,50 meter.

Smaller wegprofiel

Alleen in uitzonderlijke gevallen kan een kavelweg smaller worden uitgevoerd. Bijvoorbeeld als de hele kavelweg aangelegd wordt voor éénzijdige ontsluiting of bij één richting verkeer.

Aslast

Kavelwegen moeten worden ontworpen en aangelegd voor een aslast van 10 ton. Dat komt overeen met eisen van de nood- en hulpdiensten en de eisen voor afvalinzameling.

Bochten

Voor bochten dient rekening te worden gehouden met een bochtstraal van tenminste r=5,50m1. Houd er rekening mee dat een bocht in een weg niet haaks is, maar hoeken maakt van maximaal 60 graden.

Beperkt aantal afslagen

Vanaf de polderwegen geldt dat het aantal afslagen beperkt is. Op de Tureluurweg en Kievitsweg moet er minimaal 250 meter tussen afslagen zitten. Voor andere wegen, zoals de Paradijsvogelweg, geldt een minimale afstand van 75 meter. Komen er elders op de polderweg minder afslagen, overleg dan met de gebiedsregisseur.

Meer informatie:

Doodlopende wegen voorkomen: keerlus en insteek t-splitsing

Alle kavelwegen moeten voldoen aan de voorschriften van Oosterwold en de eisen van nood- en hulpdiensten, zoals breedte, bermen, nutsstroken, bochtstralen en verkeersklasse (belasting van de weg). Doodlopende wegen zijn alleen tijdelijk of als uitzondering toegestaan, wanneer het fysiek onmogelijk is om een doorgaande weg te realiseren. In dat geval moet de doodlopende weg een keermogelijkheid krijgen en de vorm van een keerlus of insteek t-splitsing.

 

Aangescherpte eisen wegen en keermogelijkheden

In januari 2020 hebben de veiligheidsregio’s een nieuwe handreiking bereikbaarheid opgesteld. De eisen daarin wijken op onderdelen af van de vorige versie, die tot nog toe is gebruikt. De aangepaste handreiking leidt tot een aantal aanpassingen voor Oosterwold, met name waar het gaat om doodlopende wegen en keermogelijkheden en de minimale maat voor opstelplaatsen.

Onderstaand schema komt uit de nieuwe handreiking en onderscheidt 5 situaties:

  • Doorlopende wegen
  • Doodlopende wegen met een keermogelijkheid
  • Doodlopende wegen > 40 m1 zonder keermogelijkheid
  • Doodlopende wegen < 40 m1 zonder keermogelijkheid
  • Doodlopende wegen met vertakkingen

 

Naast de eisen van de veiligheidsregio’s gelden een aantal eisen in Oosterwold die onder andere te maken hebben met de toekomstige verkeersstructuur, verkeersveiligheid en afvalinzameling. Deze hebben betrekking op de minimale wegbreedte (4,5 m1 respectievelijk 5,5 m1) de minimale bochtstraal (r=5,5 m1) en de minimale aslast (10 ton). Deze zijn niet gewijzigd.

Dit leidt tot de navolgende nieuwe richtlijnen.

Wat Nieuwe richtlijnen

Overwegingen

 

 

Brandveiligheid
Calamiteiten
Verkeersveiligheid
Afvalinzameling
Verkeersstructuur
Hoofdrijroute Breedte > 5,5 m1
(4,5m1 bij eenzijdige ontsluiting
Bochtstraal > 5,5 m1
Doorlopende wegen (situatie 1) Breedte > 5,5 m1
(4,5m1 bij eenzijdige ontsluiting
Bochtstraal > 5,5 m1
Doodlopende wegen met keermogelijkheid (situatie 2) Breedte > 5,5 m1
(4,5 m1 bij eenzijdige ontsluiting
Bochtstraal > 5,5 m1
Lengte maximaal 80 m1
Doodlopende wegen zonder keermogelijkheid
> 40 m1 (situatie 3)

Niet toegestaan

 

Doodlopende wegen zonder keermogelijkheid < 40 m1 (situatie 4) Breedte > 5,5 m1
(4,5m1 bij eenzijdige ontsluiting
Bochtstraal > 5,5 m1
Doodlopende weg met vertakkingen
(situatie 5)
Niet toegestaan
Opstelplaats 4,5 m1 x 10 m1
Aslast 10 ton

 


Minimum maten keermogelijkheid keerlus en insteek t-splitsing

 

Kavelweg voor bedrijven 6,5 meter

Het profiel van de wegen in Oosterwold bestaat uit verharding, aan beide zijden berm en 1 zijde nutsleidingen. Bij standaard kavels is het wegprofiel 9,5 meter breed en daarmee voldoende voor het normale verkeer. In Oosterwold zijn echter ook gebieden die in verband met hinderzones (geluid en slagschaduw) vrijwel uitsluitend door bedrijven gebruikt zullen gaan worden (de blauw gearceerde gebieden op de initiatievenkaart, momenteel niet overigens beschikbaar voor inschrijving). Dat leidt tot een andere verkeersbelasting met bijvoorbeeld veel meer vrachtverkeer. Het volledig mengen van beide verkeersstromen op de kavelwegen is niet wenselijk, onder andere in verband met draaicirkels van vrachtwagens en eventuele overlast. Om die reden geldt in en naar de blauwe zones een breder wegprofiel van 10,5 meter. Hierbij is de verharding 6,5 meter en de bochtstraal minimaal r=8,00 meter.

Wegprofiel standaardkavel 9,5 meter en wegprofiel blauwe zone 10,5 meter.
Klik op de afbeelding voor een uitvergroting.

Initiatiefnemers dienen rekening te houden met een breder wegprofiel in en naar de blauwe zones. Het komt voor dat de overgang naar een breder wegprofiel al begint bij de reguliere kavels. Voor bijvoorbeeld Veld J krijgt de kavelweg bij de verbinding tussen het (woon)gebied en de blauwe zone 6,5 meter verharding (zie kaartje). Alle wooninitiatieven buiten de blauwe zone aan zo’n route moeten daardoor een halve meter extra verharding op zich nemen. Die initiatiefnemers worden (eenmalig) gecompenseerd voor de grondprijs voor de 0,5 meter kavelweg buiten de blauwe zone van hun een wooninitiatief. Alle meters binnen de blauwe zone krijgen geen compensatie.

Deze kaart is een schets van de ontsluiting van het blauw gearceerde gebied veld J. (klik op de kaart voor een uitvergroting).

Samenvatting:

  • Wegprofiel standaardkavel 9,5 meter, wegprofiel blauwe zone 10,5 meter
  • Verharding overal 6,5 m1 breed
  • Woonkavels buiten blauwe zone compensatie 0,5 m1 i.v.m. wegbreedte
  • Woonkavels binnen blauwe zone geen compensatie

Extra reservering weg + berm

We houden bij de ontwikkelplannen nog steeds aan dat elke initiatiefnemer 2,75 meter weg + 1,5 meter berm opneemt in de plannen als onderdeel van het percentage verharding/infra. De overburen doen de andere helft van de weg en berm. De extra meter die aan één zijde van de weg nodig is kun je op meerdere bestemmingen labelen als stadslandbouw, publiek groen of verharding/infra. Zie ook nutsvoorzieningen ‘houd 2,5m vrij’ voor hoofdkabels en -leidingen.

Opstelplaats nood- en hulpdiensten

Indien de woning meer dan 10 meter van de ontsluiting van de kavel staat, moet de verbindingsweg minimaal 4,5 meter breed zijn met een verharding van ten minste 3,25 meter en een draagkracht van 14,6 ton. Zo blijft deze bereikbaar voor voertuigen van hulpverleningsdiensten en de brandweer. Zie het bouwbesluit artikel 6.37.

Meer informatie:

Handreiking nood- en hulpdiensten

Eenzijdige of tweezijdige ontsluiting

Eenzijdige ontsluiting

Als een kavelweg aan één kant/zijde woningen of zijwegen ontsluit, bijvoorbeeld langs een bosrand of watergang, dan mag de standaard verhardingsbreedte van 4,50 m worden toegepast.

Tweezijdige ontsluiting

Een kavelweg noem je tweezijdig wanneer links en rechts van de kavelweg woningen en zijstraten aansluiten op de kavelweg. In dat geval heeft de kavelweg de standaard verhardingsbreedte van 5,50 m.

Kleinschalige bomenkap

Bij aansluiting van een kavelweg op een bestaande polderweg moeten soms enkele bomen wijken. Uiteraard proberen we dit tot een minimum te beperken. Voor deze kap geldt het door de gemeente Almere vastgestelde Bomenkader als leidraad. De gemeente houdt rekening met het broedseizoen en een ecoloog controleert de bomen vooraf op vogelnesten en holen van vleermuizen. Vindt de ecoloog nesten, dan laat de gemeente ze tot na de broedtijd ongemoeid. Zijn er vleermuizen, dan wordt een vervangende verblijfplaats gezocht. De direct omwonenden informeren we vooraf aan de bomenkap over de planning en de aard van de werkzaamheden.

Voorlopig en definitief aanleggen

De projectleider realisatie stemt de aanleg van de aansluiting af op de aanleg van je kavelweg. Om schade aan de weg tijdens het bouwproces te voorkomen, bestaat deze aansluiting voorlopig uit betonnen industrieplaten. Als de bouwactiviteiten aan de kavelweg achter de rug zijn en je kavelweg definitief wordt aangelegd, wordt ook de aansluiting in definitieve verharding aangelegd. Stuur hiervoor op tijd een verzoek aan de projectleider realisatie met behulp van het aanvraagformulier kavelwegaansluiting.

Meer informatie:

Aanvraagformulier kavelwegaansluiting

Wegdrainage in de kavelweg

Waarom is wegdrainage belangrijk? In Oosterwold leggen initiatiefnemers de kavelwegen aan in voormalig agrarische grond. Deze grond is in het verleden voornamelijk gebruikt om landbouwproducten te leveren. Daarom moet het los zijn van structuur. Ter plaatse van toekomstige kavelwegen moet die grond zware verkeersbelasting gaan verwerken. Vooral tijdens de bouwfase krijgt de weg het flink te verduren door zware vrachtauto’s. Deze hebben zo’n 10 ton eigen gewicht en een lading, in sommige gevallen van wel 30 ton verdeeld over minimaal drie assen.

Om dit zware verkeer op de kavelwegen te kunnen afwikkelen op de ondergrond, moet een wegfundering worden gemaakt. Wegfundering bestaat in de regel uit een zandpakket met daar bovenop een puinpakket. De gezamenlijke dikte daarvan wordt bepaald door de sterkte-eis van de gemeente, een aslast van 10 ton. Laat de constructie uitrekenen door een civieltechnisch adviesbureau. Om nu te voorkomen dat de weg ver boven het maaiveld uitsteekt, graaf je de wegfundering voor een deel in de bodem. Die uitgraving heet cunet.

Wanneer een drain?

Door het ingraven in de bodem, kom je dicht bij het grondwater terecht. Water in het zandpakket wil je te allen tijde voorkomen omdat de grond dan verweekt. Het wordt een soort drijfzand. Dat zandpakket verliest daarmee zijn sterkte. Daarom is het verstandig om aan beide kanten van het cunet in de lengterichting van de weg drains aan te leggen tot aan beide uiteinden van het zandcunet. Die drains moet je laten afwateren op een dicht bij zijnde kavelsloot.

Hoe werkt een drain?

De grondwaterstand stijgt en daalt afhankelijk van de weersomstandigheden. Als het flink heeft geregend, stijgt de grondwaterspiegel tot in het zandcunet van de weg. Omdat daar drains zijn aangelegd, zal het water de weg van de minste weerstand kiezen en via de drains afwateren naar de kavelsloten. Zo blijft het cunet droog en behoudt het zijn sterkte.

Resultaat

Het behoud van een sterk zandbed met puinfundering, is het behoud van de weg. De weg zal minder snel vervormen waardoor de onderhoudskosten aan de weg ook lager zullen zijn. De relatief geringe kosten voor aanleg en onderhoud van de drainage wegen hier ruimschoots tegenop.

Drainagebuis met kokosvezelomhulling en drainagedoorspuitput

Wat is een drain?

Tegenwoordig is een drain een geperforeerde kunststof buis van ongeveer 80 mm diameter, omhuld met een kunststofvezel of kokosvezel. Zie plaatje 1.
De buis wordt op de rol geleverd. Die omhulling is nodig om te voorkomen dat zand in de drain spoelt en dat het zandcunet uitholt. Via de perforaties kan water in de buis dringen en vervolgens naar het laagste punt afstromen. Een drainage systeem heeft onderhoud nodig, want het verzandt altijd wel een beetje. Om de drains te kunnen onderhouden worden op bepaalde afstanden zogenaamde doorspuitputten geplaatst. (zie plaatje 2)
Laat je voor onderhoud (doorspuiten) informeren door gespecialiseerde bedrijven.

 

Ontbrekende weg aan de kaart toevoegen

Volg de onderstaande instructies om een ontbrekende weg aan Google Maps toe te voegen. Vergeet niet aanvullende informatie op te geven waarmee kan worden geverifieerd dat de weg inderdaad bestaat. Na onderzoek van je melding wordt de weg aan de kaart toegevoegd zodra deze is bevestigd.

Deze functie is niet beschikbaar in iOS.

Desktop

  1. Open Google Maps op je computer.
  2. Klik op Menu .
  3. Klik onderaan op De kaart bewerken.
  4. Klik op Ontbrekende weg.
  5. Klik op de plaats op de kaart waar de ontbrekende weg moet zijn.
  6. Geef de naam van de weg op en verstrek eventuele aanvullende informatie.
  7. Klik op Verzenden.

Android

Belangrijk: Zorg ervoor dat je de nieuwste versie van de Google Maps-app gebruikt.

  1. Open de Google Maps-app  op je Android-telefoon of -tablet.
  2. Tik op je profielfoto of initiaal >  Hulp en feedback > Feedback sturen.
  3. Selecteer de betreffende weg.
  4. Tik in de lijst die onderaan wordt weergegeven op de plaats of weg die je wilt corrigeren.
  5. Volg de instructies op het scherm om je feedback te versturen.